Wieliczka Zoutmijnen

Vandaag staat in het teken van ons bezoek aan de zoutmijnen van Wieliczka. Dat betekent dat wij in drie dagen drie sites bezoeken die op de werelderfgoedlijst van Unesco zijn terug te vinden: de binnenstad van Krakow, de mijnen en het kamp.

De keuze bij het ontbijt is groot. Veel verschillende groenten liggen op ons te wachten. Als ik de champignons proef, krijg ik een Roemenië-deja-vu: alle groenten blijken zuur te smaken. Gelukkig zijn er ook gewoon broodjes en gekookte eieren. Zelfs de melk smaakt goed, wat in het buitenland altijd nog maar afwachten is. Helaas zijn de glaasjes waar je de melk in kunt doen zo klein, dat ze beter benoemd kunnen worden met het woord ´slokjes´.

Elf uur worden we volgens onze papieren opgehaald voor de excursie naar de mijnen. Stipt om vijf voor elf staan we klaar. Elf uur niks. Tien over elf niks. Ik ga wat foto´s maken van een synagoge in de buurt. Tien voor half twaalf niks. Op het moment dat ik naar de hotellobby loop om te bellen, komt het busje natuurlijk aangereden. Als we daarin zitten, worden wevan harte welkom geheten op de Auschwitz-tour. Gelukkig reageert de hele bus verbaasd, en heeft de chauffeur zich gewoonvergist.

Na een korte rit arriveren we in Wieliczka. We moeten even wachten, omdat de ingang maar klein is, maar uiteindelijk mogen we erin. Met de trap dalen we af in deze 327 meter diepe mijn. 50 houten trappen leiden ons de diepte in. Het is zo´n trap met een gleuf in het midden (zo een waar we vroeger op de middelbare school de tassen van bruggers in lieten vallen), dus als je naar beneden kijkt en je ziet hoe ver je nog moet, begint het een beetje te duizelen.

De mijn is helemaal uitgehakt uit de zoutrotsen. Soms waan ik me in De vliegende Hollander. De mijngang in de wachtrij van die attractie vertoont veel gelijkenis met deze passages. Hier en daar zijn ook beelden uit het zout gehakt. In elke kamer vertelt onze gids interessante informatie over de mijn. Ze meldt ons tussen neus en lippen door dat het verboden is om aan de standbeelden te likken, maar dat we vrij zijn om verder te likken aan elke muur die we willen, als we er zeker van willen zijn dat de muren, plafonds en vloeren daadwerkelijk uit zout bestaan. In het begin aarzelen de meeste bezoekers een beetje, maar als ik (natuurlijk!) het voortouw neem, staan al snel veel mensen aan de muren te likken.

De gids heeft gelukkig een herkenbare structuur in haar verhalen. Elke blokje informatie eindigt met een zouteloze grap, waardoor we weten dat we weer verder moeten lopen. Zo moeten we de legende rondom het ontstaan van deze mijn volgens haar met een korreltje zout nemen. We passeren zoutmeren, liftinstallaties, uitgehakte receptiezalen en zelfs kapellen, waarvan de St. Kinga kapel de grootste en indrukwekkendste is. Daar mocht ik geen foto´s maken, dus die moet je maar even googelen. Ook hier is weer een beeld van Johannes Paulus II uitgehakt en zelfs Het laatste avondmaal van Leonardo DaVinci is hier helemaal uit het zout gebeiteld.

Voor de laatste attractie in de mijn moeten we in de rij aansluiten. Hier wordt de gelijkenis met De vliegende Hollander helemaal sterk. De wachttijd is ruim een half uur, en je staat tussen luidruchtige Amerikanen en hevig tongende Italianen, maar dan krijg je ook wat! Met tien mensen tegelijk stappen we in een ouderwetse mijnwerkerslift. Dicht op elkaar gepakt schuiven we in de metalen constructie omhoog. Claustrofobie kun je hier niet gebruiken, wat diverse vrouwen om mij heen vrij duidelijk maken. Ze schreeuwen het uit en de tranen staan in hun ogen als we boven zijn. Ik vond het een geweldige ervaring.

Terug in Krakow zoeken we wat caches, waarna we terechtkomen bij een sushitent. We eten fantastische sushi, waarna we nog een uitgebreide wandeling maken door de buitenwijken. Die wandeling levert weinig caches meer op. De enige cache die we nog vinden zit verborgen in een holle boom, omhuld door een vieze ouwe sok. Aangekomen in ons hotel, nuttigen we nog een blikje Zywiec, het traditionele Poolse pils, waarna het tijd is voor onze verdiende nachtrust. Op het moment dat ik dit schrijf, is het al laat op de volgende avond en heb ik dus al een hele dag in Auschwitz rondgezworven. Hoe ik dat ga vertalen naar een verhaal? Geen idee... zodra me een juiste vorm invalt om die indrukken te beschrijven, lees je het hier!

Reacties

Reacties

Elise

Ja, aan die muren likken... dat moet jij natuurlijk gedaan hebben. Die kapel ziet er indrukwekkend uit, trouwens. Niet dat ik die ooit ga zien, want in die lift ga ik dus echt niet, he.

baliebitch

Jaaa, hahaha, nu heb ik dus een likkende Ruud en Hans op mijn netvlies staan en heb ik een gedeeltelijke deja-vu. Jaren geleden stond een vriendin, na het roken van een "fout" sigaretje ook de muren af te likken omdat, in haar beleving o[p dat moment, rode muren heerlijk naar aardbeien smaakten... Een hilarisch beeld, but I guess you had to be there... Maar nog steeds geen berichten over de plaatselijke keuken! Ik wacht af... xxx

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!