Ratelgat

Onze Afrikaanse reisbegeleidster Anna heeft ´s ochtends een lekker ontbijt voor ons gemaakt. Van onze gevleugelde nachtelijke vrienden lijkt geen spoor meer te bekennen te zijn, maar als je goed kijkt, zie je hier en daar een verstopte pinguïn in de bosjes. Ismael, , onze andere begeleider, laat ons zien hoe je de tenten moet afbreken, zodat we dat de rest van de reis alleen kunnen. Het motto bij alles is: ´Listen very carefully, I shall say this only once!´

Vandaag vervolgen we onze weg naar Namaqualand, de westkust van Zuid-Afrika, die bekend staat om zijn prachtige bloemen. Omdat het nog winter is, zien we daar helaas maar heel weinig van. Hier en daar groeit een klein bloemetje. De rit verloopt voorspoedig. Hier en daar stoppen we bij een tankstation voor een plaspauze. We volgen een tijdlang de Olifantsrivier, tot we bij een dam uitkomen, waar Anna voor ons de lunch klaarmaakt. Veel sla, dus ik hou het bij een boterham.

Na lange tijd de hoofdweg gevolgd te hebben, slaat chauffeur Ismael plotseling af, het niets in. We beginnen aan een soort Camel Trophy, waarbij de truck alle kanten op schudt. Verder en verder raken we verwijderd van de bewoonde wereld en offroad bereiken we uiteindelijk Ratelgat, een oud bosjesmannendorp. In de authentieke rieten hutjes die hier staan, gaan wij de nacht doorbrengen. Dit is nog veel mooier dan kamperen in tenten!

Een bij de Khoisan-stam horende gids leidt ons rond door de omgeving. In het begin vertelt hij alleen over de verschillende plantjes die hier groeien, maar langzaam naderen de bergen in de omgeving. Na een korte klim bereiken we een grot waarin we rotsschilderingen zullen aantreffen. Het blijkt niet meer te zijn dan wat handafdrukken, waarvoor je bij sommige nog de nodige fantasie nodig hebt, maar iets verderop zijn duidelijk tekeningen van dansende mensfiguren te ontdekken op de rotswanden. Plotseling horen we gegil achter ons. Met ons bezoekje hebben we een plaatselijke bijenzwerm kwaad gemaakt. Diverse mensen van ons gezelschap worden aangevallen. De bijen richten zich vooral op het haar en graven zich daar in om daarna te steken. De gids vindt dat we door moeten lopen omdat hij denkt dat we de geesten van zijn voorouders boos hebben gemaakt en dat ze daarom deze ´wachters´ op ons af hebben gestuurd.

Wat verderop komen we bij een oude bron. Hier en daar raapt de gids een opvallende steen op om ons ´historische werktuigen´ te laten zien. Hij leert ons dat de stenen gebruikt zijn als hamer of als houweel. We verdenken hem ervan maar wat te verzinnen, dus wij beginnen ook stenen op te rapen die volgens ons gebruikt zijn als stoomstrijkijzer en krultang. Als dank voor onze aandacht voor zijn volk zingt de gids voor ons enkele liedjes, wat Afrikaanse en een oud-Nederlands liedje. Daarna is het bijna donker en rukken de bijen weer op, dus moeten we maken dat we terugkomen op ons kampeerterrein. Daar zit Anna al klaar met het eten, dus we kunnen meteen aan tafel. Rijst met saus, groenteprutje, een stuk vlees en alles heerlijk gekruid. Gezamenlijk eten we in een grote kring in de keukenhut, waarna Ismael ons vraagt kort te vertellen wie we zijn en waarom we in Afrika zitten. We leren elkaar zo wat beter kennen en blijven nog een tijdje hangen in de keuken. De Khoisangids zoekt mij op om te vertellen dat hij ervan schrok dat er zich een leraar Nederlands in de groep bevond. Als hij dat eerder geweten had, zou hij het Nederlandse liedje niet hebben durven zingen. We raken in gesprek en hij schakelt halverwege over op het Afrikaans. Ik praat terug in het Nederlands en zonder al te veel moeite hebben we een leuk gesprek over zijn liefde voor het Afrikaans/Nederlands.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!